Zo’n dertig jaar geleden werd in enkele studies een verband gesuggereerd tussen ploegen- en nachtarbeid enerzijds en borstkanker anderzijds, zonder duidelijke verklaring. Als mogelijke hypothese werd toen een verstoring van het melatonine-hormoon vooropgesteld, dat is de stof die een rol speelt in de regeling van het dag-nachtritme. Die verstoring zou een trigger zijn voor de ontwikkeling van borstkanker, al was niet duidelijk hoe. Het nieuws zorgde voor de nodige ongerustheid bij vrouwen die ’s nachts of in ploegen werken. Sindsdien is dit verband verschillende keren opnieuw onderzocht, maar kon het niet meer bevestigd worden. Eén zo’n onderzoek is een grootschalige enquête* uitgevoerd bij 113.700 vrouwen ouder dan 16 jaar. 82,5% van de deelnemende vrouwen had de voorbije 10 jaar geen nachtwerk verricht. De overige 17,5% had in de voorbije 10 jaar wel ’s nachts gewerkt. Beide groepen vulden een vragenlijst in bij aanvang van de studie en opnieuw na 2,5 jaar, 6 jaar en 9,5 jaar. Tijdens de opvolgperiode ontwikkelden 2.059 of 2% van alle deelnemende vrouwen borstkanker. Van die groep hadden 214 vrouwen in de voorbije 10 jaar nachtwerk verricht. Dat is bijzonder weinig en bewijst dat nachtwerk het risico op borstkanker helemaal niet vergroot. Vrouwen die in ploegen werken of nachtwerk doen, mogen op beide oren slapen: ze lopen niet meer risico op borstkanker.

*Jones ME, Schoemaker MJ, McFadden EC, et al. Night shift work and risk of breast cancer in women: the Generations Study cohort. British Journal of Cancer. Published online May 29 2019