Borstreconstructie?
Psychosociale zorgDe tijd dat de oncoloog zich alleen maar bezighield met het weghalen van borsttumoren is voorbij. Doordat borstkanker zo vaak voorkomt – en soms ook erg jonge vrouwen raakt – gingen specialisten op zoek naar nieuwe chirurgische technieken die niet alleen focussen op genezing, maar ook op esthetiek.
De nieuwste technieken werken microchirurgisch, met een prachtig, natuurlijk resultaat.
Als je meteen bij het horen van de diagnose borstkanker verneemt dat na een invasieve ingreep ook een reconstructie mogelijk is, krijg je weer een beetje toekomstperspectief. Niet alleen biedt een reconstructie soelaas op psychologisch en esthetisch vlak – het helpt je vrouwelijkheid en zelfvertrouwen terugvinden in een toch wel zeer beproevende periode – het kan ook een bepaald fysiek comfort bieden en pijnen voorkomen die de behandeling met zich meebrengt.
Geen extra risico’s
Belangrijk om te benadrukken is dat een borstreconstructie geen enkele invloed heeft op de verdere ontwikkeling van de kanker. Het staat op geen enkele manier de kans op genezing in de weg, verstoort de latere monitoring niet en geeft ook niet meer kans op herval. Er bestaan verschillende reconstructiemethodes, afhankelijk van de ervaring van de chirurg en van de keuze en situatie van de betrokken vrouw (een korte of langdurige ingreep, een kort of lang herstel,…). Ondanks de verwarrende emoties waar je bij het aanhoren van de diagnose ongetwijfeld mee geconfronteerd wordt, is het toch de moeite om even stil te staan bij deze mogelijkheid en enkele meningen naast elkaar te leggen.
Onmiddellijke reconstructie
Bij borstkanker wordt een deel van de borst (tumorectomie) of de volledige borst (mastectomie) weggenomen. Als het kan, neemt de chirurg enkel de tumor en het omliggende borstweefsel weg: een reconstructie zorgt er dan voor dat de geopereerde borst geen deuk vertoont en dat beide borsten symmetrisch blijven. Wordt de borst volledig weggehaald (de borstklier, het tepelhof en de huid daarrond), dan wordt de huidenvelop zoveel mogelijk bewaard zodat een reconstructie mogelijk is. De reconstructie, zowel van de borstkromming, als van de tepel en het tepelhof, gebeurt in verschillende stappen, over verschillende maanden. Wordt er naast de chirurgische ingreep geen radiotherapie of chemotherapie voorgeschreven, dan kan de reconstructie vaak tijdens dezelfde operatie gebeuren als dat de tumor wordt weggehaald. De ingreep en het herstel duren dan wel langer en zijn zwaarder, maar het heeft wel een aantal ontegensprekelijke voordelen: je wordt maar één keer onder verdoving gebracht, je hebt minder littekens en je wordt niet geconfronteerd met een borstverminking…
Verschillende technieken
Qua techniek zijn er verschillende mogelijkheden: de inwendige prothese kan gevuld zijn met silicone (wat het meest natuurlijke resultaat geeft, ook qua gevoel) of met fysiologisch water. De prothese wordt onder de borstspier geschoven. Dit is een korte ingreep waarvan je snel herstelt. Toch zijn de resultaten soms teleurstellend: de borst voelt statischer aan en oogt niet altijd symmetrisch. Na een radiotherapie loop je ook meer kans op fibrose of woekering van bindweefsel (een natuurlijke reactie van het lichaam op een vreemde substantie). Op zich ongevaarlijk, maar het kan bijdragen tot een onnatuurlijke vorm en tot fysiek ongemak.
Met eigen weefsel
Je kunt ook een reconstructie met eigen weefsel overwegen (huid, spier, vetweefsel,…), dat elders uit je lichaam gehaald wordt (ter hoogte van je rug, je buik,...) en getransplanteerd wordt naar je borst. Meestal met zeer mooie resultaten, zowel wat beweeglijkheid als wat soepelheid van de borst betreft. De operatie is wel lang (twee à vijf uur) en vraagt een bekwaam chirurg. Het is ook pijnlijker en het herstel loopt over meerdere weken. Een ander neveneffect is dat het weefsel moeilijker bebloed kan geraken. Je hebt ook grotere littekens, al vervagen die wel in de loop van de jaren. De nieuwste technieken werken ook microchirurgisch, met huidflappen met eigen bloedvoorziening, waardoor de rugspieren gespaard blijven. Ook hier gaat het om een lange en delicate ingreep, maar met een prachtig, natuurlijk resultaat.
Een blik op de nieuwste chirurgie
Een expert aan het woord: Dr. Pino Cusumano, gynaecoloog en oncoplastisch chirurg.
"Artsen worden nu opgeleid in een mix van oncologische en plastische chirurgie, voor een nog beter resultaat."
Wat houdt oncoplastische chirurgie in?
“Het is een nieuwe discipline die een specifieke opleiding vraagt, die je momenteel enkel in Engeland en Frankrijk kunt krijgen. Het is een samensmelting van oncologie en plastische chirurgie: een vorm van chirurgie die beantwoordt aan alle oncologische eisen (de volledige tumor weghalen, de gezonde huidmarges bewaren, vervolgtherapieën zoals chemo en radiotherapie niet vertragen,…), maar die tegelijk tijdens de operatie ook alle esthetische normen mee in acht neemt.”
Is de bedoeling puur esthetisch?
“Nee. Bij zo’n soort ingreep riskeert een chirurg die onvoldoende opgeleid is, groeven of asymmetrieën te creëren, soms met psychologische, esthetische of fysieke gevolgen. Een onnauwkeurige operatie kan pijn, een verminderde beweeglijkheid of gevoeligheid van de borst veroorzaken… Omdat hij deze aberraties opmerkte, zette Dr. Clough een reeks van oncoplastische technieken op punt, juist om dit soort van ongewenste gevolgen te voorkomen. Een belangrijke vooruitgang, zeker als je bedenkt dat bepaalde fouten in het verleden enkel konden worden hersteld door een mastectomie, al dan niet vergezeld van een reconstructie.”
Voor wie is oncoplastische chirurgie een oplossing?
“Voor alle vrouwen die aan borstkanker lijden en een borstsparende ingreep hebben ondergaan. Al worden oncoplastische technieken ook gebruikt bij vrouwen met een grotere tumor, tot 5 cm. In dat geval moet je de borst onmiddellijk hermodelleren om deuken in het weefsel te voorkomen.”
Wie mag deze ingrepen doen?
“Je hebt binnen de oncoplastische chirurgie verschillende niveaus: het eerste niveau, dat door alle chirurgen gekend zou moeten zijn en normaal gezien toegepast kan worden, en het tweede niveau, dat technischer en een pak ingewikkelder is. Dit vraagt een opleiding in algemene chirurgie én in plastische chirurgie. In bepaalde delicate gevallen werken we zelfs samen met een plastisch chirurg.”
Slaagt u erin om de gevolgen van radiotherapie op een geopereerde borst te voorkomen?
“Door de bestraling, die meestal drie à zes weken na de borstoperatie begint, kan de borst aan volume toenemen of verliezen. We anticiperen daar in zekere zin op maar we zorgen ook voor een nieuwe symmetrie zo’n zes à twaalf maanden na de oncoplastische ingreep en de radiotherapie.”
Wat zou u vrouwen met borstkanker aanraden?
“Als je de diagnose borstkanker hebt gekregen, heb je zes weken de tijd om de ingreep te plannen. Neem dus zeker de tijd om na te denken en jezelf goed in te lichten.”
Bron: Michèle Rager m.m.v. Dr. Pinot Cusumano
Content volgens thema
Gerelateerd
Doe een donatie
Donaties door particulieren gaan naar het Pink Ribbon Fonds, dat wordt beheerd door de Koning Boudewijnstichting.
Pink Support
Steun de strijd tegen borstkanker op jouw manier en organiseer een actie op het Pink Support Platform!
Nieuwsbrief
Wil je op de hoogte blijven van wat Pink Ribbon doet? Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief!